Samentuin Tielt, divers maar gelijkgestemd

Artikel doelgroep
Publicatiedatum
Afbeelding
Afbeelding
Samentuin_Tielt
Inleiding

Samentuinen rijzen de laatste jaren als paddenstoelen uit de grond. De Tannekes Tuin in Tielt is zo een plek waar mensen samen (agro-)ecologisch tuinieren. Voorzitter Johan Heyde vertelt over hun succes: 'Gelijkgestemden leren van en delen met elkaar. Er ontstaat een diverse, maar hechte groep, waarvan velen nooit eerder tuinierden.'

Al vijftig tuintjes... en een wachtlijst

‘Deze samentuin, kortweg en ludiek TaTuTi genoemd, wordt gedragen door de tuiniers zelf’, zegt Johan. ‘De gemeente kijkt hier vooral goedkeurend toe. Oorspronkelijk kwam het idee voor dit project vanuit de politiek, maar Velt Tielt heeft het vormgegeven met een bezielde kerngroep. De grond, een weiland met een oude schuur, is voor twintig jaar ter beschikking gesteld door de Tieltse Bouwmaatschappij. We ontvingen een opstartkapitaal van zowel de VLM (Vlaamse Landmaatschappij) als de stad Tielt. De stad hielp ons ook met compostbakken en houtsnippers, maar daar stopt zo ongeveer alle tussenkomst.’

De samentuin draait volledig op eigen middelen. ‘We zijn eigen baas met alle voor- én nadelen vandien. Enerzijds kunnen we alles zelf beslissen zonder officiële goedkeuringen allerhande. Anderzijds moeten we natuurlijk ook al het werk zelf verzetten. We legden een oprit aan, boorden een waterput en knapten de schuur op met recuperatiemateriaal. Het eerste plantgoed ging begin 2017 de grond in. Nog geen twee jaar later floreren hier vijftig tuintjes en is er een wachtlijst. En dat terwijl ik aanvankelijk bang was voor onvoldoende belangstelling.’
 

Kruid of onkruid

De tuin dankt zijn naam aan Tanneke Sconyncx. In de zestiende eeuw werd zij beschuldigd van hekserij, omdat ze veel van kruiden afwist. Vier dagen lang werd ze in Tielt gefolterd. Tanneke leeft verder in een standbeeld aan de Hallentoren, het zoete blonde bier Tielts Tanneke en nu ook in de samentuin. Maar misschien nog wel het meest in Lies Geerolf, de kruidenvrouw onder de samentuiniers. Lies legde hier een gemeenschappelijke kruidentuin aan in dambordmotief. Ernaast prijkt een bordje: Het verschil tussen kruid en onkruid is een oordeel.

Lies praat vol overgave: ‘Ik wil graag iedereen bewust maken van de geneeskracht van kruiden. Mensen zijn er zich helaas niet meer van bewust. We grijpen zo gemakkelijk naar een reguliere pil voor onze kwaaltjes. Ik plantte hier dan ook bewust EHBO-planten: weegbree (Plantago) is met zijn ontsmettende werking handig bij kleine, tijdens het tuinwerk opgelopen wondjes of bij insectenbeten, duizendblad (Achillea millefolium) is bloedstelpend en komt van pas bij een snee of bloedneus. En ken je sedum of vetkruid? Dat verzacht brandwonden, net als aloë vera. Zeepkruid leek me dan weer praktisch om je handen te wassen. Ik heb ook aan de kinderen gedacht: de colaplant ruikt echt naar cola! Of proef eens van de honingverbena: vele malen sterker dan suiker. Ik wil de kruidentuin zo veel mogelijk afstemmen op alle tuiniers en hoop dat ze bij het passeren een blad kneuzen en gebruiken.’

 

Afbeelding
Samentuin_Tielt_sfeerbeeld

 

Divers, maar gelijkgestemd

Johan vertelt me nog meer over het succes van de samentuin. ‘Een samentuin heeft een belangrijke functie: gelijkgestemden ontmoeten elkaar hier, leren van en delen met elkaar. Er ontstaat een diverse, maar hechte groep, waarvan velen nooit eerder tuinierden. Er zijn iets meer vrouwen, maar het is toch een mooie mengelmoes. Zo was er een zoon die een tuin cadeau gaf aan zijn pas gepensioneerde vader. En het nabijgelegen kinderdagverblijf ’t Flieflotterke heeft hier ook een tuintje voor de kindjes.’

Henriette, de oudste van de bende, zorgt voor veel ambiance. ‘Ik ben nog maar 18 (lees: 81) hoor!’ Ze is dagelijks op haar lapje grond in de weer en neemt vaak zelfgebakken cake mee voor de anderen. Ook haar verjaardag viert ze op deze plek. ‘Toen ik hoorde dat hier een samentuin kwam, hapte ik meteen toe. Vroeger had ik een moestuin van duizend vierkante meter, maar sinds ik in Tielt woon, heb ik alleen een koertje. Ik jeun** mij hier enorm en zeg altijd: er zijn drie dingen die je mij niet mag afnemen: mijn fiets, mijn naaimachine én mijn tuin.’
 

Scharrelen, wroeten en zoemen

Voor sommigen betekent de tuin niet alleen groenten, maar ook dieren. Imker Rob was blij dat hij zijn bijenkasten hier een plek kon geven en in de zomer van 2018 oogstte hij de eerste Tannekeshoning. Zes andere tuiniers vormen een dierenwerkgroep. Sonja is een van hen: ‘Onze 20 kippen scharrelen rond de afscheidingsbeplanting. Handig, want zo vergt dit stuk totaal geen onderhoud. We verkopen de eitjes en met dat geld kopen we weer graan. Onze grootste wens waren varkens. Na heel wat uitzoekwerk wroeten er nu drie. Wil je er meer, dan moet je aan een massa eisen voldoen. We financierden met ons zessen zelf de omheining. Onze drie biggetjes verzorgen en voeden verloopt via een beurtrol. Door de tuinoverschotten lijden ze allesbehalve honger. Zo sluiten we de kringloop. Ook een buurtwinkel en -brouwerij brengen hun overschotten.’

De visie is simpel: minder maar goed vlees! ‘Als mensen jammeren dat het toch vreselijk is dat we die lieve varkentjes binnenkort opeten, dan reageer ik steevast: als je wil janken, dan moet je bij het vlees in de supermarkt zijn!’ De nagel op de kop.

Na Sonja’s verhaal zegt Johan op fluistertoon: ‘Toen het voorstel voor de varkens kwam, vond ik het maar een gek idee, maar ik sta ervan versteld hoe snel de groep dit samen heeft gerealiseerd. Onze uitgangspunt is dan ook: alle ideeën ondersteunen. En dat heeft ons al ver gebracht.’

Hoofdinhoud
Afbeelding
Afbeelding
Samentuin_Tielt_sfeerbeeld
Attributie

Dit portret is afkomstig van Velt, een van de partnerorganisaties van Voedsel Anders. Meer weten over een samentuin in jouw buurt? Neem een kijkje op www.velt.be/samentuinen